Populaire berichten

vrijdag 22 juni 2012

Hòpe wind en berguh waèter

Excursie Volendam en Marken

Vandaag had ik een excursie naar Volendam en Marken. Dit was georganiseerd door een projectgroepje uit mijn klas, voor hun interne opdracht.
Ik was er zelf nog nooit geweest, maar het stond zeker wel op mijn ‘to do lijstje’.
Als ik aan Volendam en Marken denk, dan denk ik aan klompen, kaas en Hollandse klederdracht. Maar ook aan typische vissersdorpjes, waar veel toeristen van over de hele wereld op af komen. (Stiekem denk ik dan natuurlijk ook aan Jantje Smit en Nick & Simon!)

Om 06:00(!) ging mijn wekker, om vervolgens via Leiden Centraal en Amsterdam Centraal, Volendam te bereiken. Er was van te voren een verzamelpunt afgesproken, namelijk bij het Restaurant Le Pompadour. Hier moesten wij ons om 09:30 verzamelen. Dit restaurant ligt in de haven van Volendam, met uitzicht op het prachtige Markermeer. Een echt Noord-Hollands sfeertje.

Er was ons gisteren al verteld, dat het behoorlijk fris kon zijn tijdens het zeilen. Ook gaf buienradar aan dat het zou kunnen gaan regenen. Iedereen was dus best warm aangekleed (gelukkig maar!), behalve ik. Ik had geen jas aan, geen paraplu mee.. Ik had alleen maar een wollig vest aan!

De dag begon al goed in de haven van Volendam.

Om 10:00 vertrok de zeilboot richting Marken, deze vaartocht duurde om en nabij 2 uur. De zeilboot, genaamd Fransiscus Xaverius, heeft ons helaas niet droog gehouden. Op het Markermeer was het wel windkracht 7 en 8(!), dus de golven waren zeer aanwezig. Om het bootje in balans te houden verdeelden wij ons aan beide kanten. De zeilboot hing op de ‘open’ stukken op het meer helemaal scheef, waardoor de vloer erg nat werd en de andere kant van de boot veel last had van het opspattende water. De schipper Jos vertelde tijdens het varen een verhaal over de geschiedenis van deze boot, maar hij was erg moeilijk te verstaan vanwege de harde wind. Dit zeilboot, was het eerste Volendamse Noordzee schip en is gebouwd in 1936. Hier visten ze vroeger vis mee, maar tijdens de 2e Wereld Oorlog werd het gebruikt als patrouille vaartuig. Nu wordt het voornamelijk gebruikt om toeristen te vervoeren op het Marker- en IJsselmeer. Jos was vroeger geschiedenisleraar op de middelbare school en ging in 2008 met pensioen. Het was echt een avontuur, na een paar keer goed nat te zijn geworden van de vele golven en de harde wind, was het behoorlijk koud geworden. Wij waren daarom ook heel blij, dat wij even binnen in het schip mochten zitten toen het keihard begon te regenen.


Gelukkig heeft de zon zich nog wel laten zien.
Een prachtig uitzicht.
Helaas niet droog aan wal gekomen.

Eenmaal aan wal in Marken, hadden wij even een klein half uurtje voor onszelf voordat de lunch werd uitgedeeld. Om 13:00 kregen wij bolletjes met kaas, ham en kipfilet, een appel en een pakje drinken. Tijdens de lunch kregen wij een lezing van schipper Jos, bij de zeilboot. Hij vertelde over hoe het toerisme was ontstaan. Je kon echt merken dat hij geschiedenisleraar was geweest, aangezien hij hier veel van af wist en het met veel passie vertelde. Toerisme is ontstaan door de schilderkunst. In Volendam woonden mensen vroeger op terpen en in Marken op werfen. Na de 2e Wereld Oorlog kwamen er veel Amerikaanse soldaten naar Nederland, om Nederland eens in vrede te bekijken. Marken en Volendam behoren tot het Europese erfgoed en omdat deze steden vlakbij de randstand liggen, komen er veel toeristen van over de hele wereld op af. Tegenwoordig zie je ook steeds meer bedrijven die een personeelsuitje organiseren in Volendam en Marken.

De haven van Marken.
Tot slot was er ook nog een stadswandeling door Marken, die door de studenten was georganiseerd. Als eerste liepen wij langs ‘Sijntje Boes’, dit is een kijkhuis waar veel souvenirs worden verkocht. Dit zie je zo een beetje overal terug komen rond de haven van Marken. Vervolgens liepen wij naar de achterkant van dit huis. Hier zag je een aantal huizen met palen eronder, vanwege de vele overstromingen. Dit is na de komst van de afsluitdijk en de Zuiderzeewerken afgenomen. Wellicht had elk huis dit vroeger, maar sommige mensen zullen dit hebben weg gehaald, omdat het nu vrijwel nutteloos is. In 1916 was er namelijk een grote overstroming, de dijkdoorbraak tussen Amsterdam en Hoorn, die voor veel overlast zorgden. In Marken zie je veel houten huizen. Op sommige huizen zitten witte strepen, wat te maken had met de welvaart van het gezin. Toen ik daar rond liep, vond ik het wel een beetje lijken op het typische Katwijkse visserswijkje aan de boulevard. Daar staan ook veel witte huizen van hout. Deze hebben naast de voordeur of het raam een aantal strepen zitten, wat ook vroeger te maken had met rijkdom en succes. Maar zo rustig als het in Marken was, is het in Katwijk helaas niet. Ook in Katwijk komen veel toeristen een kijkje nemen. Verder viel het me op dat er weinig hoge gebouwen waren, logisch natuurlijk met zo weinig inwoners. Maar het zag er toch gek uit zonder flats etc. Tijdens de wandeling kwamen wij ook langs de Protestantse Grote Kerk, waar wij binnen een kijkje mochten nemen. De studenten vertelden dat men vroeger bad voor een goede visvangst en dat er onder de stenen vloer, belangrijke mensen begraven liggen. Wij vervolgden onze weg en het viel ons op dat veel Markenaren hun gordijnen in puntjes of in een trechtervorm hadden gevouwen, maar waarom dit zo was wist niemand. Ook liepen wij langs het museum. Hier werden de vissershuisjes, hoe ze er vroeger van binnen uit zagen, en de typische klederdracht tentoongesteld. Vervolgens liepen wij naar een klein pleintje, waar een monument stond. Dit was een propeller van een helikopter uit de 2e Wereld Oorlog. Dit monument staat er pas sinds 2008. Dit staat symbool voor de mensen die verdwenen en nooit meer terug gevonden zijn. Tot slot liepen wij in de richting van de dijk, toen het alweer aardig begon te regenen (en wij begonnen net op te drogen!). De dijk heeft uitzicht op het Markermeer, wat vroeger het IJsselmeer heette. Het IJsselmeer is twee keer zo klein geworden, door de vele polders die aangelegd zijn. In de verte zagen wij de vuurtoren, dat de naam ‘het paard van Marken’ heet. Als je goed keek zag je dat het een vorm van een paardenkop heeft. Dit is het Oostelijkste puntje van het eiland en de vuurtoren heeft een lichtbereik van wel 17 kilometer. Ondertussen begon het alweer keihard te regenen, waardoor wij deze stadswandeling niet meer konden afmaken. Al schuilend onder daken en bushokjes probeerden wij zo droog mogelijk de haven weer te bereiken.

De vissershuisjes.

Monument.
Met een aantal meiden hadden wij afgesproken, om gezellig een hapje en een drankje na afloop te doen. Iedereen gaat na de zomer weer haar eigen kant op, dus dit was een mooie gelegenheid om het 3e leerjaar af te sluiten!

Het was al met al een geslaagde dag! Ik heb het erg naar mijn zin gehad, zo leer je je mede studenten pas echt kennen. Op een echte zomerse dag, had het natuurlijk vast nog leuker geweest. Het waaide en regende vandaag helaas wel heel hard.. In Katwijk zullen wij deze dag beschreven hebben als een dag met ‘hòpe wind en berguh waèter’.

 

vrijdag 15 juni 2012

'The most challenging step of any journey is the first'.

Vorige week vrijdag kregen wij tijdens onze laatste schooldag (de tijd vliegt!) een gastcollege van Marjan van der Herberg. Zij is eigenaar van Rondreisopmaat.nl, voor reizen in Zuid-Afrika. Na het VWO heeft zij de opleiding NWIT in Breda gestudeerd, om vervolgens haar diploma NIMA-B te behalen. Marjan heeft onder andere gewerkt bij Hotelplan, Air France en ANWB Reizen. Bij de ANWB heeft zij de top bereikt en besloten een sprong te wagen in het diepe. Zij was dag in dag uit bezig met vergaderen en wilde daarom graag weer gaan reizen.




Als kind heeft zij op veel plekken in de wereld met haar ouders gewoond en ook daarna is zij blijven reizen, maar Zuid Afrika trok haar toch het meest. Het motto van Marjan is: 'The most challenging step of any journey is the first!'. En met dit in haar achterhoofd begon ze in september 2010 aan haar uitdaging.


Haar idee: met een eigen reisbedrijf online verre rondreizen faciliteren & verkopen op een schaalbare wijze.
De rondreizen worden op maat gemaakt, met de expertise van lokale reisspecialisten en deze worden geboekt bij de bron, tegen lokale tarieven met Nederlandse zekerheid.

Allereerst moest er een ondernemingsplan worden gemaakt en hier gaf zij zichzelf 6 weken de tijd voor. Zij heeft onder andere klantprofielen en klantgedrag onderzocht en de concurrentie geanalyseerd met behulp van de SWOT. In de conclusie kwam naar voren dat alle concurrenten uit gingen van zichzelf (wij) en niet vanuit de klant en zijn wensen. Dit vond zij een gat in de markt en zag hierin ook haar kansen liggen. Zij wilde de wensen van de klant als uitgangspunt nemen, om samen te ontwerpen en te creëren. Marjan is erg ambitieus, maar wilde bewust klein beginnen. Dit had ook te maken met haar budget en om er zeker van te zijn dat haar idee goed uitpakte.

Marjan heeft aan klanten gevraagd welke naam zij moest kiezen voor het bedrijf. Zij dacht er heel moeilijk en ingewikkeld over, terwijl klanten juist van eenvoudig houden. Uiteindelijk is het Rondreis op maat geworden en dit was daardoor ook goed op Google te vinden. Haar website ging de avond voor de Vakantiebeurs de lucht in, in januari 2011.

Er moesten ook marketing activiteiten gedaan worden, om klanten te lokken. Met behulp van LinkedIn heeft zij aan haar netwerk hulp en ideeën gevraagd. Hierdoor kreeg zij bijvoorbeeld heel veel foto’s van Zuid-Afrika binnen. Tevens kreeg zij van het Zuid-Afrikaanse verkeersbureau ondersteuning en promotie materiaal en verder heeft zij flyers en affiches uitgedeeld op de Vakantiebeurs. Ook kreeg zij gratis aandacht van de lokale media en werd er een persbericht over haar bedrijf geschreven.

Om nog meer naamsbekendheid te creëren, bedacht zij een virale marketing actie en dit werd een groot succes. Via de Vakantiebeurs, het Zuid-Afrikaanse verkeersbureau en haar eigen website gaf zij aan op zoek te zijn naar een Mystery Traveler, die drie weken (gratis!) op reis door Zuid-Afrika wilde. De voorwaarde van deze reis was wel, dat je tijdens je reis zou bloggen met daarin foto’s en video’s. Je kon je opgeven door een motivatie te sturen. Hoe vaker je deelde, hoe meer kans je maakte. Uiteindelijk heeft het in totaal 1700 motivaties opgeleverd, 8000 e-mailadressen en 1150 nieuwsbrief aanmeldingen. De blogs van de winnaar en winnares, die deze reis 3 juli gaan maken, kun je volgen op http://www.rondreisopmaat.blogspot.nl/.

Marjan kreeg veel reisaanvragen en boekingen doormiddel van persoonlijk contact, zoals op de Vakantiebeurs waar zij echt in gesprek met de potentiële klanten ging. De Vakantiebeurs gaf ook goed inzicht in het type klanten en hun wensen. De doelgroep die Marjan wil aanspreken zijn de 50 tot 65 jarige mensen. Andere leeftijdsgroepen zijn natuurlijk ook welkom, maar zij denkt dat deze leeftijdsgroep haar reizen het meeste aanspreken. Deze doelgroep wil een fysieke brochure en niet alleen een website.
Aangezien haar klanten deze Zuid-Afrika reizen, maar één keer in hun leven zullen maken, moet Marjan het vooral hebben van mond-tot-mondreclame. Daarom vraagt Marjan aan al haar reizigers een leuk stukje over de reis te schrijven voor op de website. Dit zorgt ervoor dat andere klanten enthousiast worden gemaakt en een soort hou vast hebben, een soort voorbeeldreis.


A
an het einde van het college gaf zij aan dat ondernemen heel veel tijd kost. Dat het 365 dagen per jaar hard werken is, maar dat je ook 365 dagen vrij kan nemen. Zij raadt ons echter aan, eerst ervaring op te doen voordat wij dezelfde stap nemen.

Marjan kwam heel spontaan en energievol over tijdens dit gastcollege. Ook kon zij heel boeiend vertellen en daardoor de aandacht van de hele klas erbij houden. In de laatste 15 minuten werden er ook heel veel vragen gesteld uit de klas. Ik vond het een leuk college, maar ik zou zelf nooit zo’n sprong durven wagen en vooral niet op die leeftijd. Ik denk dat iedereen wel respect voor haar heeft, dat zij dit heeft durven doen en vooral na zo’n top baan bij de ANWB.

donderdag 7 juni 2012

Gastcollege llll - Lars Boom

Vorige week woensdag had ik alweer mijn vierde (en laatste) gastcollege van Lars Boom, Senior Professional E-Commerce bij de ANWB.  

Allereerst begon hij de laatste hoogtepunten uit het nieuws kort toe te lichten.


Bubble

Facebook koers keldert naar dieptepunt. Maandag zakte de koers na de opening met 9,6 procent in vergelijking met het slot op vrijdag. 

Trend

SoLoMo is dé trend in de travel. Dit staat voor social, local en mobile. Deze drie componenten hebben namelijk alles te maken met het gedrag van een reiziger. 



Gedrag

Disney en Las Vegas waren de meeste gezochte vakantiebestemmingen in begin 2012 in de Verenigde Staten.

Te Sociaal

Sommige mensen vinden dat social media te sociaal wordt. Tegenwoordig maken bruidsparen tijdens de ‘romantische kus’ een foto van henzelf en posten dit meteen op Twitter of Facebook. Gaat dit niet een beetje te ver? Lars Boom gaat toch ook geen foto van mijn klas op Twitter plaatsen met de tekst: ‘dit zijn de studenten waaraan ik nu les aan het geven ben’. Gelukkig niet, maar het gebeurt helaas elders in de wereld wel.

TravelNext

TravelNext is pas gelanceerd en is onderdeel van marketingfacts en reismanagers. Hier vind je alles op het gebied van online marketing en travel.

Autohuur 2.0

Autobezitters verhuren steeds vaker hun niet gebruikte voertuig. Brandstofprijzen zijn torenhoog. Autokosten rijzen de pan uit, verhuur je auto daarom eens aan een vriend of kennis. Kassa!

De Seizoenen

Op vakantie buiten het hoogseizoen, lijkt een opkomende trend te worden. Dit is niet vreemd aangezien Nederland veel zelfstandigen kent. Eigen baas, eigen tijden en een eigen vakantie ritme. Dit zou kunnen leiden tot veranderend vakantiegedrag en zelfs tot een nieuwe trend. In de toekomst zullen de prijsverschillen stabieler worden en hopelijk worden de laag- en hoogseizoenen daarmee afgeschaft.

Lars Boom wilde verder graag weten hoe wij dachten over de volgende ‘statements’, wat wij met eens of oneens moesten beantwoorden om een discussie te laten ontstaan.


1. Over vijf jaar bestaat 50% van de huidige luchtvaartmaatschappijen niet meer.

Ik ging voor het antwoord ‘eens’. Ik denk namelijk dat veel luchtvaartmaatschappijen, met name de kleinere, veel verlies zullen draaien en dus niet langer kunnen blijven voortbestaan. Natuurlijk zullen er ook veel luchtvaartmaatschappijen overgenomen worden en zullen de kleinere met elkaar gaan samenwerken.


2. Bloggen moet een vast onderdeel van de werkzaamheden zijn bij reisorganisaties.

Dit vond ik een lastige. Het is namelijk leuker om blogs van klanten te lezen over een gemaakte reis, in plaats van een blog van medewerkers. Zij zullen toch alles mooier doen voorkomen dan dat het is. Maar aan de andere kant is het juist goed om (informatie) te delen en interactie te krijgen met de klant. Zo wordt de reisorganisatie ook beter gevonden op Google en eigen gemaakte foto’s zeggen natuurlijk veel meer, dan die ingekochte plaatjes.
Dus ik ben het er mee eens, mits de medewerker wel de waarheid vertelt tijdens het bloggen, dus ook de eventuele minpuntjes.

3. Het gaat in travel steeds meer om prijs dan om kwaliteit. 
Ook dit was een lastig statement. Hier brak de discussie in de klas pas echt los. Volgens de ene helft van de klas kijkt men eerst naar prijs en dan naar kwaliteit, denk maar aan al die vergelijkingswebsites. Alle hotels kun je namelijk op prijsvolgorde zetten of je kunt aanklikken wat je maximum budget is. Maar aan de andere kant kun je ook aanvinken of je in een drie- of viersterren hotel wilt, met of zonder zwembad, all-inclusive of alleen ontbijt. De vraag is dus meer wat men onder kwaliteit verstaat. Sommige klasgenoten vonden namelijk dat service te maken had met kwaliteit.

Ikzelf vond het eerder een ‘kip-ei verhaal’. Waar kijk je als eerst naar als je gaat boeken: prijs of kwaliteit? Volgens mij gebeurt dat onbewust gewoon tegelijk, we zullen het juiste antwoord (naar mijn mening) daarom ook nooit te weten komen.

4. Any time, any place, anywhere reizen boeken is the next thing.
Dit is nu ook al het geval, dus eigenlijk was iedereen het er wel mee eens. Het gaat tot nu toe vaak alleen maar om reis gerelateerde onderdelen, zoals een taxi bestellen of alleen een hotelovernachting of een auto huren op de plaats van bestemming. Een ‘volledige’ vakantie bestellen via een mobiel of tablet zit er denk nog niet in, maar zal vast wel the next thing worden in de toekomst. Dit zal zich met name voordoen als je overal wifi kunt gebruiken (tegen lage kosten) op de plaats van bestemming. Maar dan moeten alle reisorganisaties wél beschikken over een mobiele website en dat is helaas nu nog niet altijd het geval.


5. Ik heb voldoende kennis om na mijn studie een baan te vinden in online marketing.

Niemand was het er mee eens. Logisch, want de technologie verandert zo snel in deze jaren (of zelfs maanden), dat onze kennis van ‘nu’ helemaal niet meer relevant kan zijn, wanneer wij ‘later’ aan een baan gaan beginnen. Maar om onze kennis op peil te houden zouden wij natuurlijk blogs en seminars kunnen volgen.

Ikzelf vind de online marketing kant erg interessant geworden deze afgelopen maanden, misschien zelfs interessanter dan product management. Het punt is alleen dat ik (en genoeg andere klasgenoten) gewoonweg nog niet weet wat ik ‘later’ worden wil. Als de politiek (en dus mijn financiën) het toelaat, ben ik van plan om na volgend jaar een master te gaan volgen. Maar welke en waar, dat weet ik zelf ook nog niet.. 

Tot slot kwam stelde Lars de vraag ‘ken jij je gast/klant?’. Sommige bedrijven denken namelijk te weten wie hun klanten en hun wensen zijn, door een soort enquête/vragenformulier mee te geven aan de klant. Maar hoe kom je, als bedrijf, dan wél te weten wie je klant is? Lars Boom had daar een mooi voorbeeld van. Hij was laatst op vakantie geweest met zijn gezin in een hotel. En bracht elke keer zijn kinderen rond 19:00 naar bed. Maar de medewerkers van het hotel (in de Filipijnen) moesten de klanten observeren, om achter hun gebruiken en gewoonten, interesses en wensen te komen. Na een aantal keer hadden zij het natuurlijk wel door dat het kinderbedtijd was om 19:00, en besloten daarom elke dag de bedden te verschonen en op te maken voor de kinderen van Lars.

Dat noem ik pas service! 

Ik ga de enthousiaste colleges van Lars Boom zeker missen, maar ik zal zijn tweets en blogs ook zeker blijven volgen! Ik heb veel van hem geleerd en ik hoop dat daardoor ook nog te blijven doen ;-)

dinsdag 5 juni 2012

Online ongeduld

De impact van laadtijd

Dagelijks wisselen we via het wereldwijde web enorme hoeveelheden data aan elkaar uit. Tevens verwachten we dat het ook steeds sneller gaat. Maar soms kan een slechte verbinding roet in het eten gooien, of duurt het minuten voordat een website geladen is.

De laadtijd van je website kan grote gevolgen hebben voor de vindbaarheid in zoekmachines en gebruikerservaring. Het is daarom belangrijk om hier genoeg aandacht aan te besteden, want consumenten worden kritischer door het gebruik van smartphones en tablets.


Google: dagelijks 3 miljard zoekopdrachten

De infographic van Online Graduate Programs maakt duidelijk hoe belangrijk de online snelheid is. Op Google worden dagelijks 3 miljard zoekopdrachten ingevoerd en 34.000 vragen per seconde beantwoord. Een op de vier bezoekers haakt af als de pagina er langer dan 4 seconden over doet om te laden. Dat is zonde, want door de laadtijd van je site te optimaliseren kun je klanten winnen en tevreden houden.

Mobiele laadtijd
Bij mobiele sites lijkt een snelle laadtijd nog belangrijker. Als een pagina er langer dan 10 seconden over doet om te laden, dan haakt de helft van de bezoekers af. Zelfs 3 van de 5 internetgebruikers geeft aan de site vervolgens niet meer te willen bezoeken. Deze cijfers benadrukken hoe belangrijk het is om goed na te denken over de content die je plaatst op je website. Want we gebruiken steeds vaker de mobiele telefoon om informatie op te zoeken of spullen te kopen. Houd dus rekening met de laadtijd bij het ontwerpen en optimaliseren van je (mobiele) website.

Wil je alle cijfers en feiten omtrent de impact van laadtijd bekijken? Scrol dan naar de afbeelding hieronder of klik hier voor een vergroting.

Voor mij geldt vooral dat een website snel moet laden op mijn computer. Ik denk dat ik ook al na 4 seconden af zou haken, maar bij mijn mobiel ligt dat toch wel anders. Op mijn mobiel heb ik namelijk meer geduld, in tegenstelling tot anderen, maar misschien ben ik dan ook niks gewend met mijn Crackberry. Een laadtijd van meer dan 30 seconden is voor mij dan ook heel normaal.





maandag 4 juni 2012

Wat is jouw traveler IQ?

The Traveler IQ Challenge

Via de website van TravelPod kun je nu je Travel IQ berekenen. Je krijgt een kaart te zien, waar je steden of toeristische attracties aan moet wijzen. Je hebt verschillende challenges, zo kun je voor de hele wereld gaan, of voor bepaalde delen van de wereld. Pas op, want het is verslavend!

Bij de Europa challenge ben ik tot level 7 gekomen, maar het is best lastig! Het land en de hoofdsteden weet ik vaak nog wel te vinden, maar sommige toeristische attracties?..

Helemaal moeilijk wordt het als het land er niet bij wordt vermeld! Het is daarom ook vaak meer geluk dan wijsheid, maar op deze manier doe je wel wat aan je topografische kennis.

PS: Onderaan staat ook steeds een interessant feitje over de desbetreffende plek.

Wat is jouw traveler IQ?


Make it count

Reisfilmpje


  • Dit is een filmpje voor Nike. Max en zijn vriend werden gevraagd een filmpje te maken met het thema make it count. Maar in plaats daarvan hebben zij al het geld uitgegeven aan een soort wereldreis. Deze reis duurde maar tien dagen, doordat het budget opraakte.

zaterdag 2 juni 2012

#volstrektnutteloos

De hashtag op Twitter is nutteloos.

De hashtag op Twitter heeft zijn functie alweer grotendeels verloren. Maar het was dan ook geen uitvinding van het miniblog zelf.





Hashtags werden vroeger gebruik bij IRC-chatnetwerken, waarbij het symbool (#) een chatgroep of een onderwerp aanduidde. Op Twitter beleefde het fenomeen enkele jaren terug een tweede jeugd. Dit kwam grotendeels door de Amerikaan Nate Ritter. Hij gebruikte in oktober 2007 de hashtag om bosbranden in Californië in zijn berichten aan te geven.

Tevens bewees de hashtag zijn bestaansrecht tijdens de Iraanse opstand. Aan de hand van de trefwoorden kan men onderwerpen snel terugvinden en blijven volgen. Tegenwoordig zijn daar zelfs applicaties voor. De hashtag is momenteel zo populair dat er bedrijven zijn die het (onzalige) idee hebben opgevat om met hashtags heel het internet in kaart te brengen.


De hashtag wordt steeds minder relevant door de miljoenen berichten die dagelijks geplaatst worden. Dit wordt vooral duidelijk als we het overzicht van meest gebruikte hashtags in 2011 bekijken: Bovenaan staat Egypt, gevolgd door Japan en Superbowl. Maar wie een jaar na dato nog iets wil weten over de kernenergieramp in Japan, komt met zoeken op #Japan helemaal nergens meer. Egypt hoeft ook niet langer te duiden op de Arabische Lente.

De houdbaarheidsdatum van een hashtag is dus gering en zijn relevantie verwatert met de tijd (kies een willekeurige hashtag bij hashtags.org en oordeel zelf). Om je te kunnen blijven onderscheiden zul je steeds complexere woordcombinaties moeten verzinnen. Al moet je daar ook weer mee uitkijken. McDonalds blies eerder dit jaar haastig een hashtag-campagne af toen de hashtag McDStories belachelijk werd gemaakt. De hashtag werd een bashtag.

Er zijn ook nog andere ontwikkelingen die de hashtag minder relevant maken. Voor sommige gebruikers zijn hastags een soort expressie geworden (#idontunderstandwhy of #improudtosay). Tevens is er ook een hashtag spam in opkomst. Bots die trending topics kapen en tweets op hun volgers afvuren, iets dat steeds vaker leidt tot overlast op congressen. Hashtag marketingBuild the hype, monitor the Chat – begint zo langzamerhand vrij complex en aardig risicovol te worden.

Er dient dus een ander systeem te komen om onderwerpen te labelen, te volgen en de zwaarte van hashtags en trending topics te bepalen. Gebruikers zouden bijvoorbeeld hun Twitter-profiel kunnen uitbreiden met trefwoorden waar ze veel over twitteren, of waar ze verstand van (menen te) hebben. Op die manier zou je iemand kunnen volgen op basis van zijn profiel, interesses en expertise in plaats van zijn Twitter-naam. Wanneer hun hashtags (door zoekmachines) worden gekoppeld aan deze profielen kan hun relevantie worden vergroot. Misbruik is ook in dit geval niet uit te sluiten, maar het zou een begin kunnen zijn.


Helaas heeft Twitter de functionaliteit van het microblog in de loop der jaren nauwelijks uitgebreid. In de beperking herkent men de meester, moet men gedacht hebben. Van langere berichten tot het invoegen van
duimplaatjes of foto’s, wordt het misschien toch eens tijd voor een serieuzere update.

Dus laten we vooral niet met zijn miljoenen tegelijk deze zomer de hasthag #olympics gaan gebruiken, want kennelijk heeft dit totaal geen nut. Deze miljoenen meningen zijn gewoon niet interessant, maar twintig interessante wel. 

woensdag 30 mei 2012

Social Media Cartoon


Dineren 2.0


Restaurant Izkaya op Lijnbaan 40-42 in Rotterdam laat zien dat beleving en innovatie hand in hand gaan met elkaar. Naast de warme ambiance en lekkere Aziatische gerechten in tapasvorm, biedt dit restaurant je iets wat je waarschijnlijk nog nooit eerder bent tegengekomen.
Dineren 2.0 doe je dus bij het high tech restaurant Izkaya, Neerlands eerste interactieve restaurant.

Bij Izkaya krijgt uit eten een interactieve dimensie. Via een trackpad en een projector boven de tafel kun je alles zelf bestellen: van drankjes en gerechten tot je favoriete tafelkleed. Als je niet kunt kiezen wat je wilt eten, blader dan eens door de digitale menukaart. Je gerechten worden rechtstreeks geprojecteerd zodat je direct ziet wat je op jouw bord kunt verwachten. Met een hand in de lucht tevergeefs lonken naar bediening is dus ook verleden tijd. De rekening kun je opvragen via een simpele druk op de knop. Daarnaast kun je live een kijkje nemen in de keuken en spelletjes spelen met je gezelschap. En als kers op de taart: deze ultieme high tech beleving is helemaal compleet dankzij de uitstekende service van de gepassioneerde bediening.

Ben je in de buurt en op zoek naar beleving en innovatie, breng dan zeker eens een bezoek aan restaurant Izkaya.

Ikzelf vond het een aparte, leuke en heerlijke ervaring. Tijdens het wachten op je eten kun je heerlijk genieten met je familie van een ouderwets potje zeeslag. 




maandag 28 mei 2012

Is Nederland social media moe?

Wie de nieuwsberichten een beetje volgt, moet wel de indruk krijgen dat alle Nederlanders uren per dag bezig zijn met het schrijven van status updates en tweets. Zo schijnen wij de actiefste twitteraars ter wereld te hebben, zijn we het meest actieve Europese land op LinkedIn en lopen er van de 845 miljoen Facebook-leden toch al snel zo’n 6 miljoen in Nederland.

Kortom: Wij, Nederlanders, houden van social media. Of begint de liefde een beetje te bekoelen? Volgens Google Insights is dat laatste het geval. Kijk maar eens naar het aantal zoekopdrachten van mensen die hun social media accounts willen verwijderen. In de afgelopen twaalf maanden zagen we voor alle vier de grote netwerken in Nederland een toename. Vooral Facebook en Hyves moeten het ontgelden: In de tweede helft van het jaar willen drie tot vier keer meer mensen hun accounts verwijderen dan in het begin van 2011.


Nu geeft Google Insights geen absolute aantallen zoekopdrachten aan, alleen relatieve cijfers. Dus gebruik ik ook het Adwords hulpprogramma voor zoekwoorden. En dan zie je dezelfde stijgende lijnen, maar leer je ook dat inmiddels bijna 50.000 mensen per maand van hun Hyves account af willen, en dat maandelijks 22.000 personen Facebook zat zijn! Als zoveel mensen hun accounts ook echt verwijderen, dan moet dat dit jaar wel een enorme productiviteitsverhoging gaan veroorzaken..



Wie durft er nog in Facebook te investeren?
De grafiekjes hierboven riepen bij mij onmiddellijk de vraag op of Nederland uniek is in deze schijnbare social media moeheid, of dat het een internationaal verschijnsel is. Hyves speelt internationaal in ieder geval geen rol, maar hoe zit het met de andere grote netwerken?


Aan de hand van Google Insights zien we twee dingen. Ten eerste dat Facebook internationaal veel groter en bekender en meer gezocht is dan Twitter en LinkedIn. Maar ook: dat sinds december vorig jaar het aantal zoekopdrachten naar ‘remove Facebook’ gigantisch is gestegen! Nu zoekt niet de hele wereld in het Engels, maar als we er vanuit gaan dat de 40% Engelstaligen op deze wereld representatief zijn voor de rest, dan lijkt de snelle groei van Facebook er wel zo’n beetje uit. En groei zullen ze toch nodig hebben om de koers van het aandeel op peil te houden..

Dit alles kan te maken hebben met alle artikelen die op dit moment over Facebook geplaatst worden. De aandelenkoers is enorm gezakt en General Motors stopt met adverteren op Facebook. Ondertussen lees je overal dat 'playtime' over is en social media nu serieus resultaat op moet leveren. Dit resultaat blijft echter nog vaak uit, waar dan weer verschillende oorzaken voor te bedenken zijn. Kortom: we zijn er behoorlijk druk mee met z'n allen. Ik hoor van steeds meer mensen dat ze social media moe zijn, de nieuwigheid is er af, het is niet meer spannend, en wat heb je er nou eigenlijk aan?

Wereldwijd is gemiddeld twee procent van de abonnees een Like’er van zijn aanbieder. Dat een medium goed meetbaar is, betekent niet per definitie dat het ook waardevol is. Een telecombedrijf kan zijn prijzen verlagen om meer klanten te krijgen, maar het gaat niet om hoeveel klanten ze hebben maar om hoeveel die consument uitgeeft en hoe lang hij klant blijft. Er is dus geen verband tussen Facebook Likes en extra omzet.
Volgens John Strand is er daarentegen wel sterk bewijs dat social media kunnen helpen om supportkosten omlaag te brengen. Eigen discussiefora en diensten als Twitter en Facebook ontlasten de helpdesks van de aanbieders.


Het is mij ook wel opgevallen dat er steeds meer mensen zijn die hun Facebook profiel verwijderen. Meestal is dat maar voor een bepaalde tijd en verschijnen zij weer na een aantal maanden. Ook organisaties en evenementen die een profiel pagina hebben in plaats van een bedrijfspagina, heb ik zien wegvallen. Wereldwijde trends zie je vaak ook al in je eigen omgeving plaatsvinden.

Verder vind ik Facebook geen verkoop kanaal. Het is een manier om ‘always on’ te blijven bij je fans. Ik ben van mening dat je social media niet direct moet inzetten voor ROI, maar om een community te bouwen. En daar is Facebook een perfect platform voor.

Alles is tijdelijk, niets is voor eeuwig en de cycli worden steeds korter. Ik ben reuze benieuwd hoe alles er over vijf jaar uit zal zien..

woensdag 16 mei 2012

Vijf tips voor een succesvolle social commerce-strategie

De omzet van social commerce, op basis van user generated content, loopt naar verwachting in 2015 op naar 30 miljard dollar. Ook hier is multichannel het toverwoord. Vijf tips voor succes in social commerce.

Social commerce is feitelijk van alle tijden. Vroeger vertelde men elkaar op straat of bij de kapper over de kwaliteit van de slager op de hoek. Nu zijn er nog veel meer contactmomenten, contactplekken en veel meer mensen (ook onbekenden) met wie er contact is. Online heeft een retailer de mogelijkheid om bij bijna al die gesprekken aanwezig te zijn. De ultieme kans om op al die plekken en bij al die conversaties klanten te ontmoeten, faciliteren en informeren.


1. Begin bij de basis
Reviews van klanten, prospects en consumenten stimuleren de verkoop. Het is dus belangrijk dat die reacties op de website zijn te vinden: dat is de basis. Dat is ook goed voor de vindbaarheid, voor terugkerend bezoek en voor de conversie. Het gaat dan niet alleen om positieve reviews, ook de kritieken en negatieve reacties zijn waardevol. Een bezoeker kijkt namelijk naar het totale beeld van de reacties. Staan er alleen maar halleluja-verhalen, dan wantrouwt de bezoeker de reviews. Als er ook minder positieve verhalen te lezen zijn, dan vertrouwt de bezoeker erop dat de reviews authentiek zijn (dus ook de positieve).

2. Bemoei je er niet mee
Klanten moeten de mogelijkheid hebben met elkaar te praten. Blokkeren of modereren is niet de juiste weg (alles wel binnen de grenzen van het betamelijke uiteraard). Wel kan een beheerder feedback geven op commentaren, maar dan met open vizier en op transparante wijze.

3. Leer door te luisteren
Luisteren naar wat klanten te zeggen hebben, helpt om producten en dienstverlening te verbeteren. Het biedt ook de mogelijkheid om het productaanbod op maat aan te passen aan specifieke klantwensen. Door deze vorm van microsegmentatie kan de band met de klant verder versterkt worden.

4. Deel informatie
Klanten wisselen voortdurend ervaringen met elkaar uit over merken, diensten en producten. Dat is voor anderen waardevolle informatie. Het is dus belangrijk om proactief om reacties te vragen en deze input op andere sociale netwerken te delen.

5. Ga multichannel
Klanten zijn erg multichannel ingesteld. Ze verzamelen en delen informatie via een groot aantal kanalen: websites, social media, mobiele sites en IRL winkels. Daar waar de conversatie is, daar moet het bedrijf ook aanwezig zijn. De boodschap en stijl moeten wel op al die plekken constant, homogeen en makkelijk toegankelijk zijn.

The good, the bad and the ugly
Consumenten gaan voordat ze een aankoop doen via allerlei kanalen opzoek naar informatie en klantervaringen. Een retailer moet die informatiebehoefte faciliteren en op al die kanalen (multichannel), de vinger aan de pols houden. Belangrijk om te realiseren is dat social commerce-verkoop is die ondersteund wordt door alle user generated content. Dus niet alleen ‘the good’, maar ook ‘the bad and the ugly’. Een juiste mix van zeer positieve reviews, tevreden reacties, kanttekeningen en kritiek, leidt tot een aanzienlijke omzetstijging: tot wel achttien procent blijkt uit het onderzoek door Reevoo en is hier te vinden.

Ik vond het een interessant artikel met op het eerste gezicht logische tips. Toch is het makkelijker gezegd dan gedaan. Voor ondernemers is het bijvoorbeeld niet zo ‘relaxed’ om negatieve kritiek op de eigen website te krijgen. Refererend naar ‘vroeger’ stond er toen bij de winkel op de hoek ‘bent u ontevreden vertel het ons, bent u tevreden vertel het anderen’. Dat wordt nu dus ‘tevreden of niet, laat horen wat je van onze producten vindt’. In praktijk lijkt het te werken, mits het product ook steeds beter op de wensen van de afnemers wordt afgestemd.

zaterdag 12 mei 2012

Be Green

Gastcollege TUI
Deze week had ik weer een gastcollege tijdens de lessen van international touroperating, over TUI Nederland en sustainable tourism. Dit gastcollege werd gegeven door Elise Allart, manager Sustainable Tourism TUI Nederland en Sustainable Development Coördinator TUI Travel Western Europe. Zij is al 10 jaar werkzaam bij TUI en heeft ons tijdens dit college uitgelegd hoe en waarom TUI aan duurzaamheid doet.

TUI is van oorsprong een staalbedrijf, maar merkte al gauw de groei van het toerisme om zich heen en besloot zich liever daar mee bezig te gaan houden. World of TUI, een Duits bedrijf, ging daarom fuseren met First Choice, een Engels bedrijf, en werd in 2007 ’s werelds grootste touroperator (TUI Travel PLC).


TUI Travel PLC bestaat uit vier sectoren: Mainstream, Accommodations & Destinations, Specialists & Destinations en Emerging Markets. De Mainstream markt onderscheidt zich ook weer van een aantal onderdelen, namelijk:
- Centraal Europa: Duitsland, Zwisterland, Oostenrijk en Oost Europese landen.
- Noord Europa: Groot-Brittannië, Ierland en Scandinavische landen.
- West Europa: Frankrijk, België, Nederland, Italië en Spanje.

TUI heeft verder de 15e grootste airline van de hele wereld, waar zij erg trots op zijn en heeft in totaal 146 vliegtuigen. Zij zijn actief in meer dan 180 landen en hebben 30 miljoen klanten, met een omzet van 13,5 miljard pond.

TUI Nederland is onderdeel van de World of TUI en heeft drie hoofdmerken, namelijk Arke, Kras en Holland International. Zij zorgen samen voor een omzet van 1,4 miljard euro, hebben 1,2 miljoen klanten en beschikken over meer dan 75 vakantielanden.

Wat is duurzaam toerisme?
Volgens de klas gaat het om het bekende riedeltje ‘people, planet and profit’. Maar TUI omschrijft duurzaam toerisme als ‘vakanties met respect voor mens, dier en natuur’. Dit komt natuurlijk op het zelfde neer, maar dan in makkelijke en duidelijkere woorden voor de consument.

Waarom duurzaam toerisme?
Bedrijven doen aan duurzaam toerisme om de kwaliteit van bestemmingen te beschermen, omdat zij zich (mede)verantwoordelijk voelen voor de natuur. In 2003 heeft de ANVR eisen opgesteld waar touroperators aan moeten voldoen, qua duurzaamheid. Dit zijn geen hoge eisen en dus haalbaar voor iedereen. ANVR heeft dat expres gedaan zodat elke touroperator zijn eigen invulling kan geven en zij hopen dat ieder bedrijf de lat voor zichzelf iets hoger legt. Het streven van TUI is om voor te lopen op de regelgeving, aangezien dit ook gunstig is voor het imago. Zonder duurzaamheid krijg je als bedrijf te maken met negatieve media en dit heeft vooral betrekking op de grote touroperators, als TUI. Zij worden namelijk goed onderzocht. Een laatste reden kan de druk van de maatschappij, investeerders, klanten en milieuorganisaties zijn.

Hoe is TUI georganiseerd?
TUI is de nummer 1 op het gebied van duurzaam toerisme, en dit komt natuurlijk niet vanzelf. Allereerst heb je een goede strategie en beleid nodig, om te bepalen wat je wilt bereiken. Daarnaast moet de organisatie zich voor 100% inzetten en een aantal jarig plan bedenken. Elk jaar worden er nieuwe doelen opgezet binnen alle afdelingen van het bedrijf. De aangewezen werkgroepjes zorgen ervoor dat deze targets behaald worden. Voor TUI is het de bedoeling dat deze doelen ingeburgerd in het systeem raken en daardoor continue van kracht zijn. Na ieder jaar wordt alles weer geëvalueerd, om vervolgens weer nieuwe doelen op te stellen.
Het beleid van TUI hebben zij in een aantal krachtige woorden uitgedrukt, namelijk ‘koop groen, verkoop groen, deel groen, wees groen en geef het juiste voorbeeld’.
Iedere touroperator doet zijn best om de doelen gedeeltelijk te behalen, omdat de resultaten van de evaluatie gepubliceerd worden. Niemand wil een loser zijn, iedereen wil natuurlijk uitblinken. Als je alle doelen behaald hebt kom je in de groenste categorie A terecht. Na zo een evaluatie scan kun je als touroperator zien waar je volgend jaar beter op kunt scoren, dit helpt bij het bedenken van de nieuwe doelen.
Als je als touroperator trots bent op je bereikte resultaat, dan wil je dat natuurlijk wel aan de buitenwereld meedelen. TUI maakt daarom ieder jaar een uitgebreid/groot jaarverslag voor stakeholders, maar een compacter/kleiner boekje voor medewerkers en klanten.


Hoe ver moet je gaan?
TUI koopt bijvoorbeeld ook groene accommodaties, groen vervoer en groene excursies in.  Voorbeelden voor groen vervoer zijn green seats, zuinige motors en geen lijndiensten kiezen. Chartervluchten vertrekken namelijk alleen als deze vol zijn en hebben meer stoelen dan een lijndienst, wat voor een beter milieu zorgt. TUI heeft dit jaar al meer dan 375 groene accommodaties en staat daarmee aan de top, in vergelijking met andere touroperators.
TUI heeft het ook voor elkaar gekregen dat piloten hun koffer vol met kilo’s papier niet meer mee hoeven te nemen. Door middel van een usb-stick, is dit milieuvriendelijker voor de bomen, scheelt het gewicht en dus ook brandstof.
In plaats van eigen werknemers naar een vakantiebestemming sturen om werk uit te voeren, kun je ook samenwerken met de lokale bevolking, mits er geen kinderarbeid plaats vindt.
TUI heeft er ook voor gekozen om geen olifanten shows/excursies meer aan te bieden, omdat zij onvriendelijk behandeld worden. Een olifant heeft namelijk een zwakke rug (ook al lijkt dat niet zo)  en toch gaan er mensen op zitten.
Elise heeft ons ook uitgelegd dat all-inclusive duurzaam kan zijn. Toen zij dat vertelde dacht ik meteen bij mijn eigen ‘en al dat eten dat weggegooid wordt dan?’, maar daar moesten we even niet aandenken. De mensen die in een all-inclusive hotel/resort werken, krijgen namelijk hogere lonen omdat men daar natuurlijk geen fooi krijgt. Ook is dit hotel het hele jaar open en is er dus geen seizoenswerk. Tot slot werken er met name mensen van de lokale bevolking.
Tegenwoordig moet men bij sommige restaurants een boete betalen als je je bord niet leeg eet, dit zorgt er voor dat mensen minder opscheppen en er minder voedsel wordt verspild. Dit zou dus ook een geweldige uitkomst zijn in deze all-inclusive hotels.

Ik vond het een leuk en leerzaam college, met name omdat Elise heel enthousiast kon vertellen en je zag haar passie er gewoon bijna vanaf stralen. Niet iedereen denkt bij de dagelijkse dingen na over de gevolgen voor het milieu. Helaas komen de meeste klanten nu dus nog niet naar een reisbureau om een duurzame reis te boeken, dit zou TUI wel graag anders zien in de toekomst.

TUI heeft echt oog voor de wereld en hoe toerisme dit beïnvloedt. Het gaat bij TUI niet alleen om besparen, maar vooral om behouden. Op deze manier kunnen onze (toekomstige) kinderen straks ook nog genieten van alle mooie dingen die de wereld ons biedt.

donderdag 10 mei 2012

Pinnen op Pinterest: mag dat wel?


Op Pinterest verzamelen en publiceren gebruikers afbeeldingen en foto’s op digitale prikborden, die anderen dan weer kunnen bekijken. Dit zijn meestal niet hun eigen foto’s, maar foto’s die ze op internet of op de Pinterest-pagina van een andere gebruiker vinden. Mag dit auteursrechtelijk wel?
Op de website van Emerce vond ik hierover een interessant artikel.

Op de meeste foto’s rusten auteursrechten, in dat geval mag je de foto niet openbaar maken of verveelvoudigen zonder toestemming van de maker. Over het algemeen weet een Pinterest-gebruiker niet eens wie de maker van de foto is, laat staan dat ze toestemming hebben om de desbetreffende foto te pinnen. Dan is er dus sprake van een inbreuk op het auteursrecht.

Citaatrecht
Nu is er op het auteursrecht een aantal wettelijke uitzonderingen. De belangrijkste is het citaatrecht, dat houdt in dat je een auteursrechtelijk beschermd werk zonder toestemming mag gebruiken wanneer je aan bepaalde vereisten voldoet. Deze vereisten komen er in het kort op neer dat:
  • Er alleen geciteerd mag worden in een ‘serieuze’ uiting, zoals een recensie of aankondiging van het werk.
  • Het geciteerde werk rechtmatig openbaar gemaakt moet zijn.
  • De bron van het citaat voor zover mogelijk moet worden vermeld.
In de meeste gevallen zal het pinnen van een foto op Pinterest niet binnen de reikwijdte van het citaatrecht vallen, omdat vrijwel nooit de bron van de foto wordt vermeld.
Als er geen beroep op het citaatrecht mogelijk is en er is geen toestemming van de rechthebbende, dan is er dus sprake van een inbreuk op het auteursrecht. Dat wordt overigens niet anders doordat veel fotografen het juist fijn vinden als ze gepind worden of doordat de fotograaf alleen maar meer aandacht krijgt voor zijn foto.

De algemene voorwaarden van Pinterest
Maar wie is er nou aansprakelijk?..
Pinterest heeft zich duidelijk ook al gebogen over deze vraag, want in haar algemene voorwaarden wordt alle verantwoordelijkheid bij de gebruiker neergelegd.
Daarnaast bevatten de voorwaarden een bepaling waarmee je Pinterest een ruime licentie geeft om de informatie die je deelt via Pinterest, te gebruiken ten behoeve van de dienst en garandeer je dat je gerechtigd bent om Pinterest deze licentie te geven.
Tot slot zit er een vrijwaringsclausule in die bepaalt dat je Pinterest vrijwaart voor alle aanspraken van derden, die in verband staan met jouw gebruik van Pinterest of de door jou ‘gepinde’ informatie.

Na alle kritiek heeft Pinterest haar algemene voorwaarden overigens wel onlangs aangepast. De belangrijkste verandering is dat de voorwaarden leesbaarder zijn, waardoor duidelijker is voor de gebruiker wat zijn rechten en de rechten van Pinterest zijn.

Wat kan Pinterest doen?
Een verwijt dat Pinterest gemaakt zou kunnen worden, is dat zij hun gebruikers stimuleren om foto’s te pinnen, zonder dat ze haar gebruikers waarschuwt of informeert over de mogelijke juridische gevolgen daarvan. De Pinterest Etiquette, noch de FAQ-pagina op de Pinterest-website vermeldt iets over het feit dat het pinnen of repinnen van een foto inbreuk op auteursrechten kan opleveren. Ook in de nieuwe documenten wordt de gebruiker daarover niet of nauwelijks voorgelicht.
Pinterest heeft het wel juridisch minder risicovol gemaakt om intern foto’s op Pinterest door te pinnen. Het verkrijgt namelijk van de gebruiker die een foto heeft gepind een sublicentieerbare licentie. Voor de site is het daarom mogelijk om de gebruikers in de algemene voorwaarden een licentie te verlenen om de foto’s die op Pinterest zijn gepind, verder te verspreiden door ze te pinnen op hun eigen pagina’s.

Do not pin

Als je niet wilt dat foto’s of afbeeldingen van jouw website gepind kunnen worden, dan kan je het volgende in de code van je pagina toevoegen: <meta name=’’pinterest’’ content=’’nopin’’/>.
Fotowebsite Flickr.com heeft deze code al toegevoegd aan de pagina’s met beschermde content.

Ikzelf vind dat een bron redelijk makkelijk te vermelden is door de link (bron website) achter de foto te laten staan. Maar als je een pin doorpint kun je gewoon de source pagina aanpassen naar bijvoorbeeld een eigen website of pagina. Dit is natuurlijk slecht en zorgt voor veel misbruik, want als je een mooie foto pint (en die doorverwijst naar jouw website) dan krijg je veel volgers.
Dit zou Pinterest moeten verbieden, want als je wilt verwijzen naar een andere relevante pagina kun je dat ook gewoon in de comments doen.

woensdag 2 mei 2012

Chameleon Code


QR-code wordt onzichtbaar

Volgens Joh. Enschedé Endeavour Media zijn onzichtbare scancodes visueel aantrekkelijker dan de gewone QR-codes. Daarom lanceert hij binnen enkele weken formeel zijn platform voor onzichtbare scancodes.

Na het scannen van deze onzichtbare code wordt men naar een voor mobiele apparaten geoptimaliseerde website geleid, net zoals bij de normale QR-codes. Een klein icoontje, van een kameleon, naast de advertentie moet aan geven dat deze scanbaar is.

Het Chameleon platform
is al enige tijd in gebruik. PostNL introduceerde de techniek vorig jaar als eerste met scanbare postzegels van Boudewijn de Groot en jubileumpostzegels van vijftig jaar Golden Earring. Ook posterijen in andere landen zijn hier inmiddels actief mee aan de slag. Nu wordt het platform breder ingezet, zelfs wereldwijd. Alle ‘ouderwetse’ print uitingen kunnen scanbaar gemaakt worden: posters, billboards, advertenties, visitekaartjes, postzegels etc. Volgens Joh. Enschedé Endeavour Media zouden scanbare bierviltjes in de kroeg kunnen worden gemaakt, waarmee je bij Heineken Champions League kaartjes kunt winnen, maar ook toegangskaartjes voor een popconcert.

De code is niet per definitie bedoeld om de QR-code te vervangen en beide technieken zijn te combineren, zegt Babak Monfared. Voordeel van de Chameleon Code is wel dat men de bestemming van die code kan wijzigen zonder dat de code zelf gewijzigd hoeft te worden.

Joh. Enschedé Endeavour Media wil op twee manieren aan de code verdienen. Een bedrag voor het aanmaken van de scan, en een tarief voor het aantal impressies. Klanten kunnen alles volledig online regelen. De Chameleon eXplorer app, is gratis verkrijgbaar.


Voor bedrijven lijk het mij bijvoorbeeld erg handig, bij het uitdelen van visitekaartjes. Deze onzichtbare scan neemt namelijk geen belangrijke ruimte in beslag, maar slechts een icoontje.
Aan de andere kant vind ik dat deze codes duidelijk vermeld dienen te worden en zij met relevante informatie moeten komen, aangezien de meeste consumenten nog steeds niet weten wat een QR-code is of inhoudt.

dinsdag 1 mei 2012

Together we are stronger


Vorige week had ik een gastcollege van Frank ten Cate, over schaalvergroting in touroperating en efficiëntiewensen. Frank heeft tot voor kort bij Kuoni gewerkt en heeft in totaal al 12 jaar ervaring in de reiswereld, bij onder andere Cycletours en Baobab. 


Allereerst vertelde hij dat touroperators steeds groter en groter worden, door samenwerkingen of door activiteiten te bundelen met andere touroperators.
Door de opkomst van Social Media, is er meer B2C (business to consumer) contact. Het beïnvloed het bereiken van doelgroepen, omdat het gemakkelijker en kosteloos is, en touroperators meer rechtstreekse feedback krijgen van de klant. Touroperators kunnen nu hun klanten direct benaderen en hoeven daardoor geen of nauwelijks commissies te betalen. Het is een snelle Time2Market, omdat het contact dus niet meer via reisbureaus etc. loopt. Als touroperator kun je veel verschillende platforms creëren en daarop acties uitvoeren, zoals een prijsvraag, om meer klanten aan te trekken. Ook kunnen zij zich bezig houden met Joint Marketing, door bijvoorbeeld met een ander bedrijf een actie te houden op Social Media. Een voorbeeld hiervan is dat een avontuurlijke touroperator een gratis fitness abonnement weggeeft, als de klant bij hen een vakantie boekt naar de Ardenne.

Tevens kwamen de verschillende marktstrategieën aanbod. Zo heb je volgens Frank ‘Uni’ branding, dit houdt in dat een touroperator, bijvoorbeeld OAD, eigenlijk allerlei soorten vakanties aanbiedt van steden- tot cruise. ‘Hybrid’ branding betekent dat alles onder één merknaam staat, maar dat een touroperator daarnaast ook separate merken heeft met een eigen doelgroep. Kuoni is daar een goed voorbeeld van, want Koning Aap en Shoestring zijn separate merken. Tot slot bestaat er ook nog ‘Multi’ branding, hierbij vallen meerder merken onder één naam. Dit is bijvoorbeeld het geval bij de ANWB.

Touroperators gaan zich de laatste tijd steeds meer differentiëren. Dit kan bijvoorbeeld door alleen maatwerk- of groepsreizen aan te bieden, of door zich alleen te richten op cultuurvakanties of juist met een avontuurlijk tintje. Touroperators kunnen zich ook onderscheiden qua product, door bijvoorbeeld alleen maar autovakanties aan te bieden. Of zich te richten op een specifieke doelgroep, zoals gezinnen of wandelaars. Maar dit kan ook qua budget, zo kunnen zij er bijvoorbeeld alleen voor kiezen om luxe vakanties in 4 en 5-sterrenhotels aan te bieden. Tot slot kunnen touroperators zich onderscheiden met inboud, outbound, accommodaties en airlines. TUI heeft bijvoorbeeld Arke Fly en Kuoni kan zorgen voor exclusiviteit bij een bepaald hotel.

Internationaal is er vooral sprake van ‘Hybrid’ branding. Denk maar eens aan TUI, zij heeft voor de Nederlandse markt de naam Holland International. Ook Kuoni heeft een andere naam in Scandinavië, namelijk Apollo.

Waarom zijn er internationale touroperators?
1. Omdat zij groei in de markt en groeipotentie zien.
2. Vanwege de risicospreiding.
3. Om touroperators te ‘kopiëren’.
4. Om kennis, techniek en vaardigheden te verkrijgen.
5. Omdat zij het zien als een buitenkansje.

Om een internationale touroperator te worden, kun je een nieuwe starten of een bestaande overnemen. Voor het starten van een nieuwe touroperator heb je natuurlijk veel tijd, geld, groei, kennis en bekendheid nodig. Daarom neigt men steeds meer naar het overnemen van een bestaande touroperator. Hier komen veel voordelen bij kijken. Men kan de naam en positie gewoon in-/overnemen en hoeven minder investeringskosten te betalen bij overname. Je kunt makkelijker nieuwe brands en productlijnen ontwikkelen, vanwege de (hopelijk) goede reputatie. Tevens kun je gebruik maken van de kennis en ervaringen van het overgenomen bedrijf. Maar je moet als bedrijf ook keuzes gaan maken. Blijf je in hetzelfde pand? Ga je de gebruikte systemen behouden? Hoe ga je optimaliseren?


Enkele voordelen voor het overnemen van een internationale touroperator, zijn:
- Centralisatie kosten
- Kostenbesparing
- Groter inkopen
- Marketingdeals
- Materialisatie

Er bestaan natuurlijk ook genoeg nadelen, zoals:
- Meer communicatielijnen
- Minder eigen identiteit
- Verlies van motivatie lokaal
- Centrale kosten lokaal
- Minder flexibel aanbod


Frank stelde aan het eind van zijn college de vraag ‘zijn wij samen eigenlijk wel sterker en beter?’. Niemand wist hier echt een antwoord op. Ieder nadeel heeft natuurlijk zijn voordeel, en andersom. Er moeten keuzes worden gemaakt, om efficiënter te werk te gaan. Maar er zitten nou eenmaal meer voordelen aan schaalvergroting, want dan is alles beter behapbaar. 
De keuze is dus aan jou, daar kwam het min of meer eigenlijk op neer. 


Ik vond dit college erg interessant. Er blijven dus steeds meer grote touroperators over, door overname en samenwerkingen. Ook zie je dat deze touroperators in verschillende landen actief zijn, om zo een efficiënt mogelijk businessmodel te hebben. In elk land kan de organisatie weer andere klanten aanspreken, zodat zij hun assortiment optimaal kunnen gebruiken. Dit college heeft mij inzicht gegeven in de reden waarom touroperators op een bepaalde manier handelen. Net als de oplossing, het overnemen van een bedrijf, heeft mij op andere ideeën gebracht. Ik had er zelf helemaal nog niet bij stil gestaan, dat het soms heel nuttig kan zijn om je op een andere markt neer te zetten.

woensdag 25 april 2012

Werkconferentie 'door de ogen van de toerist'

Na een maand lang vol met voorbereidingen was het dan eindelijk zo ver. Hogeschool Inholland Diemen organiseerde samen met Provincie Noord-HollandStadsregio Amsterdam en het Amsterdam Toerisme & Congres Bureau (ATCB), het Werkconferentie Metropoolregio Amsterdam op woensdag 25 april 2012. Het thema van het congres was ‘door de ogen van de toerist’. Ondernemers en overheden in de Metropool actief betrekken bij de ontwikkeling van het toeristisch product en de promotie, was het doel van deze bijeenkomst. Er waren ongeveer 100 deelnemers aanwezig: ondernemers, directie/staf culturele instellingen, beleidsambtenaren regiogemeenten en Provincies NH en Flevoland, raadsleden en enkele wethouders. 

Tijdens mijn minor e-touroperating krijg je naast een extern project ook een intern project. Aangezien dit congres wel heel groot was, heeft men besloten twee projectgroepen samen te voegen om dit te kunnen organiseren. Eind maart begonnen de wekelijkse voorbereidingen voor het congres al en ik moet zeggen dat ik wel weer blij ben dat het voorbij is. Er gingen zoveel e-mails heen en weer en er waren genoeg miscommunicaties waardoor sommige het even niet meer zagen zitten. Maar het is ons gelukt en nu kunnen we eindelijk genieten van onze welverdiende rust! Al gaat het school leventje natuurlijk gewoon weer vrolijk verder..

Poster

De dag begon met posters en programma’s ophangen, lokalen van de workshops in de gevraagde opstelling plaatsen, het aansluiten van Twitter schermen, garderobe klaar maken, de benodigde materialen in de lokalen neerzetten en controleren, bewegwijzering door de school plaatsen, de auto’s op de parkeerplaats de weg wijzen en de overige gasten ontvangen bij het trein- en metrostation. Tussen 13:00 en 13:30 vond het ontvangen van de gasten bij de ingang met koffie/thee en de registratie plaats. Hier kregen de deelnemers ook een visitekaartje en het dagprogramma uitgereikt. Om 13:30 startte het plenaire programma met een opening van de dagvoorzitter Hans Luiten, gevolgd door een kort welkom van de wethouder van Diemen, Maïta van der Mark. Ongeveer een kwartier later vertelde de eerste spreker, Jan Olof Fritze, over ‘the power of the region’. Daarna volgde Marco Bijsterbosch, Inholland docent, waar het onderwerp ‘e-tourism’ aanbod kwam. Rond 14:15 begon de eerste workshopronde. De projectgroepen begeleidde de gastsprekers en de ingeschreven deelnemers naar de juiste workshop toe, waar de presentatie al klaar stond om het allemaal zo soepel mogelijk te laten verlopen. Er waren in totaal negen workshops per ronde, en de deelnemers konden zich van te voren voor twee workshops inschrijven. De eerste vier workshops hadden het thema ‘Destinatiekarakters’ en de laatste workshops gingen over ‘E-tourism’.

Workshops

  • De eerste workshop werd gegeven door Denise Heijmen, onderzoeker bij ATCB, met als onderwerp ‘wat kunnen verschillende regiobestemmingen van elkaar leren?’. 
  • De tweede workshop werd gegeven door Boudewijn Bokdam, projectcoördinator bij ATCB, met als onderwerp ‘hoe ‘laad’ je een bestemming tot een onderscheidend karakter, dat bezoekers trekt?’.
  • De derde workshop werd gegeven door Monique Vloeiberghs, studente Inholland, met als onderwerp ‘hoe gaat de pers over je bestemming schrijven?’.
  • De vierde workshop werd gegeven door Adri Doorneveld, beleidsadviseur toerisme bij stadsdeel Amsterdam Noord, met als onderwerp ‘hoe begeleid je als bestemming je karakter binnen het concept?’.
  • De vijfde workshop werd gegeven door Denise de Boer, manager fondsenwerving bij het Amsterdam Museum, met als onderwerp ‘hoe maak je als museum innovatief gebruik van de mogelijkheden van nieuwe media?’.
  • De zesde workshop werd gegeven door Martin Dieleman, commercieel manager bij Zoover Media, met als onderwerp ‘wat doet Zoover met consumer rated content?’.
  • De zevende workshop werd gegeven door Bas Bijtelaar, business manager bij Esri, en Kasper de Rooy van de Provincie Noord Holland, met als onderwerp ‘wat is het geheim achter een goede applicatie?’.
  • De achtste workshop werd gegeven door Koen Bavinck, vice president Travel bij Sound Of Data, met als onderwerp ‘mobiele toepassingen in de internationale reiswereld’.
  • De negende workshop werd gegeven door David van Zeggeren, projectmanager bij Sparked, met als onderwerp ‘het toegankelijk maken van cultuurhistorie’.
Na de eerste workshopronde was er tijd voor een pauze met koffie en thee. Rond 15:45 ging de tweede workshopronde van start, dit zijn dezelfde workshops als in de eerste ronde. Elk lid van de projectgroepen had een eigen workshop die hij/zij begeleidde en waar hij/zij contactpersoon voor was. Ook maakt iedere student een kort verslag van de bijgewoonde workshop, dit wordt eind deze week op de website van de MRA geplaatst. Wij, als studenten, kregen de hele dag door veel complimenten van de andere organisatoren en de deelnemers, voor onze goede begeleiding. Dit was natuurlijk erg leuk om te horen!

Ik begeleidde de achtste workshop van Koen Bavinck, Sound Of Data. Ik kende hem al van een gastcollege uit de vorige periode, waar ik ook over heb geblogged.
Sound Of Data heeft een jonge-hondenmentaliteit, of zoals Koen mooi vertelde ‘niet lullen maar poetsen’. De 35 werknemers die in dienst zijn, zijn allemaal technisch, gretig, nieuwsgierig, oplossing zoekend en niet al te ‘nerd’ achtig. Het bedrijf Sound Of Data wil geld verdienen op transacties, dus richten zij zich niet op het maken van applicaties, maar op de ‘intelligente’ technologie erachter.
Sound Of Data is een business to business bedrijf en bestaat uit twee takken, de ene tak regelt de Customer Care Service & Media en de andere tak is de Travel kant.
Enkele klanten van Sound Of Data zijn The Phonehouse, H&M, RTL zenders, TUI en Transavia. Sound Of Data regelt bijvoorbeeld de sms- en beldienst van The Voice of Holland, zodat de stemmen van de consument in goede handen komen.
Koen benadrukte dat Pinterest cruciaal is om je content naar de juiste doelgroep te krijgen, dit moet echt niet onderschat worden. Pinterest is een platform waar je foto’s op vast kunt pinnen, eigenlijk een soort digitaal prikbord. De klanten lezen tegenwoordig niet meer, maar scannen eigenlijk alles. Daarom is Pinterest een goed hulpmiddel, aangezien er alleen maar foto’s/video’s gedeeld kunnen worden. Tevens is het heel ‘Pinteresting’ dat 80% van de gebruikers vrouw zijn en de helft tussen de 25 en 44 jaar oud zijn. Vrouwen beslissen namelijk óf men op vakantie gaat, naar welke bestemming én voor welk budget.
Tegenwoordig doen klanten er alles aan om de allergoedkoopste reis te vinden en zijn dus nauwelijks merkentrouw. Als de klant een vakantie geboekt heeft, bevindt hij zich in de zogenaamde ‘saving mode’. De klant zal weinig tot niets meer uitgeven voordat hij daadwerkelijk op vakantie gaat. Tijdens de vakantie bevinden de klanten zich daarentegen in een zogenaamde ‘spending mode’. Zodra zij op Schiphol zijn aangekomen kopen zij een kopje koffie van maar liefst € 5,-, want dan maakt het ineens niets meer uit (je bent immers toch op vakantie).
Dit geldt tevens voor het shoppen. De klant gaat er met als doel ‘een spijkerbroek kopen van maximaal € 50,-’ heen en komt met een trui, stropdas, speelgoed en een ijsje thuis. Dit komt omdat alleen het doel een budget heeft en alle andere producten niet. Als men in de stad is gaan zij echt niet van de ene ijstent naar de andere ijstent lopen om op zoek te gaan naar het goedkoopste ijsje. Bedrijven moeten hierop in gaan spelen, door niet alleen naar de top van de ijsberg te kijken.
Als men als bedrijf een applicatie gaat maken, moet men er rekening mee houden dat zij een speld in een hooiberg zijn. Er zijn meer dan 500.000 apps waar je bovenuit moet springen. Zorg daarom voor een eenvoudige en gebruiksvriendelijke app, door alleen die informatie laat zien waar de doelgroep daadwerkelijk naar opzoek is. Tot slot moet er rekening gehouden worden met het feit dat er meer iPhone gebruikers zijn dan van Android. Het besturingssysteem iOS (Apple) is hiermee dus de juiste keuze.


De deelnemers en sprekers zagen tevens bij ontvangst, tijdens de pauzemomenten en na afloop een twitterfountain op het scherm in de centrale hal. Zij konden mee twitteren met de volgende hashtag #toerismemra en dit werd volop gedaan! Vele bleven enige tijd bij het scherm staan om alle tweets te kunnen lezen.

De dag eindigde weer met een plenair programma. Jan van Run, gedeputeerde Economische Zaken van de Provincie Noord-Holland, gaf een korte speech. Daarna sprak Iens Boswijk over de doorontwikkeling van Iens.nl, gevolgd door een afsluiting van de dagvoorzitter Hans Luiten. Tot slot was er nog gelegenheid tot een hapje en een drankje in de bar van Hogeschool Inholland Diemen.

MRA